You, the petitioner
A verpleegkundige

Erken Inservice-opleiding verpleegkunde-A op HBO niveau

30,354 signatures

Op dit moment is men bezig met de beroepsprofielen en het onderscheid tussen MBO- en HBO-verpleegkundigen. Hierbij wil men de voorloper van het HBO, de inservice opleiding (A-B en Z), degraderen naar een MBO-niveau. Er wordt ons gevraagd om 2 jaar te studeren om HBO-niveau te halen! Tijdens de inservice-opleiding kreeg je bijna 4 jaar lang les op minimaal HBO-niveau!

Petition

We

Willen nu eindelijk eens respect en HBO-erkenning voor het inservice-A-diploma en geen degradatie!

 

establish that:

  • Tijdens de inservice-A opleiding kreeg je gedurende de hele opleiding les van gespecialiseerde artsen in interne geneeskunde, anatomie/fysiologie, kindergeneeskunde, ethiek, psychologie/psychiatrie etc.

  • De landelijke centrale examens waren van een hoog niveau. De basis voor klinisch redeneren is in deze opleiding gelegd.

  • Bij het huidige HBO krijg je soms niet eens anatomie!

  • De A-opleiding is bijna 4 jaar op ziekenhuis niveau

  • met HBO kun je overal terecht!

 

and request

Wij verzoeken een HBO-erkenning voor het A-diploma.
Maak van het huidige HBO gewoon HBO-V, en het A-diploma bv HBO-VA (geldig in de algemene ziekenhuizen). Deze kun je dan inschalen op niveau 5, het MBO op niveau 4 en daaronder niveau 3. Het verouderen van een opleiding wil niet zeggen dat daarmee je niveau verloopt!

Geef ons de erkenning en het respect die deze groep (uitstervende groep verpleegkundigen) verdient!

Sign this petition

 
We e-mail you a link to confirm your signature. Your data will not be shared with third parties and remains with the Stichting Petities.nl. Your name and place of residence will only appear if you choose this. Read more about this in our privacy statement.

Details

Addressed to:
Tweede Kamer 
Petition desk:
Closing date:
2019-09-30 
Lead petitioner:
CMA Kleijn 
Website:

History

Signatures

Updates

Graag enquête invullen!

Hoi allen, We zijn nog steeds druk bezig om alle onrust en vooral de ingeslagen weg door veel instellingen/ ziekenhuizen te stoppen. We hebben officiële cijfers nodig om (ook al is dat al door heel veel aangegeven) alles goed in kaart te brengen en tegenbewijzen aan te kunnen voeren.

+Read more...

Willen jullie graag deze enquête invullen? Graag zo objectief mogelijk invullen en wat je niet goed kwijt kunt, kort en krachtig bij opmerkingen invullen! Hartelijk dank! https://www.enquetesmaken.com/s/ad3e67b Dinsdag verkennend gesprek gehad met NVZ, vervolg op 11 december. 2 december met FNV.
Gisteren interview gehad met Cees Grimbergen, vandaag hoor ik of ik maandag a.s. kan plaats nemen tijdens het nationaal debat: Klem op de werkvloer! Weet niet of er plek is https://pers.omroepmax.nl/maandag-bij-max-nationaal-debat---klem-op-de-werkvloer/

Ik hou jullie op de hoogte!

2019-11-29

Reactie op streep door Wet BIG-II

Verslag actiecomité BIG2 in de overgang m.b.t. BIG-II definitief van tafel

Zoals iedereen inmiddels weet heeft minister Bruins laten weten definitief een streep door het wetsvoorstel BIG-II te halen, hiermee is deze omstreden wet definitief van tafel! Hij heeft hierbij aangesloten op de bevindingen van Alexander Rinnooy Kan (Download 'Vraag & Antwoord wet BIG-II’) Helaas hebben wij als beroepsgroep moeten constateren dat wij als laatste hierover geïnformeerd zijn en pas na de berichtgeving in de media de brief hebben ontvangen. Hieronder onze bevindingen:

**1.

+Read more...

Geen Wet BIG-II**

Allereerst zijn we natuurlijk ontzettend blij dat het ons, en vooral ook jullie, gelukt is om deze wet van tafel te krijgen! Het is een enorme denkfout geweest om complexere zorg op te hangen aan slechts een papiertje, dat betekende niet alleen een enorme miskenning voor vele verpleegkundigen en verzorgenden, maar je laat daardoor ook een enorme capaciteit liggen in een sector waar de werkdruk al enorm hoog is. Daarnaast is het zeer vreemd geweest dit te bedenken zonder de professionals van de werkvloer daarbij te betrekken! We willen iedereen die ons gesteund heeft via social media, de vele brieven (Alexander Rinnooy Kan was er erg onder de indruk van), het ondertekenen van de verschillende petities etc. enorm bedanken voor dit geweldige resultaat!

2. Ongerustheid

Is nu onze ongerustheid daarmee weg: nee, dat helaas niet. En wel om de volgende redenen:

  • Er zijn voorbeelden van werkgevers die de ingeslagen weg blijven vervolgen door het implementeren van de beroepsprofielen gebaseerd op slechts initiële opleiding i.p.v. ook kennis, ervaring, competenties. Er is enorm veel kwaliteit aanwezig op de werkvloer aan zowel MBO, HBO én inservice-verpleegkundigen (al dan niet gespecialiseerd) die in staat zijn te voldoen aan de steeds complexere zorg. Bovendien doen die ziekenhuizen/ instellingen zichzelf en vooral ook de patiënt tekort, omdat ze dan heel wat kwaliteit en capaciteit ongebruikt laten!

  • De “regieverpleegkundige” is van de baan. Echter, nog steeds staan er vacatures online waarbij regieverpleegkundigen gevraagd worden. Evenals opleidingen tot regieverpleegkundige, dit moet natuurlijk stoppen

  • Op dit moment zijn er nog steeds voorbeelden van veel mbo- en inservice- verpleegkundigen die gedegradeerd zijn in functie, te maken hebben gehad met lagere salarisinschaling (al dan niet met garantietoelage), niet meer toegelaten worden tot bepaalde specialistische opleidingen etc.

  • De voorloper van BIG-II voor de extramurale zorg: het normenkader is nog van toepassing waardoor heel veel mbo- en inservice-verpleegkundigen in de extramurale zorg problemen ondervinden (niet meer mogen indiceren, zich niet meer in kunnen schrijven in het LCR-register, lagere salaris-inschaling etc. Hier moet afstand van genomen worden!

  • Er is nog steeds geen HBO-erkenning voor de inservice-verpleegkundige, terwijl zij voorheen altijd op het 1e deskundigheidsniveau werkzaam waren

  • Ook de zorgverzekeraars hebben een te grote vinger in de pap

3. Vervolgacties

Zoals jullie hierboven zien, zijn we nog lang niet klaar met actie voeren voor alle verpleegkundigen en verzorgenden.

Wat moet er gebeuren:

  • Er moet nu vooral rust komen
  • Werkgevers moeten goed werkgeverschap tonen, zij hebben de sleutel om de onrust te stoppen! Luister naar de werknemers vanuit de patiëntenzorg.
  • Er zal per branche geïnventariseerd moeten worden door werkgevers samen met de professionals van de werkvloer wat nodig is aan functiedifferentiatie. Gekeken vanuit het oogpunt van de patiënt/ cliënt en vandaaruit opleidingen aanpassen voor de toekomst.
  • Er zal vooral gekeken moeten worden naar competenties, ervaring en intrinsieke motivatie in plaats van alleen initiële opleiding.
  • We zullen met z’n allen, verpleegkundigen en verzorgenden, bonden, beroepsvereniging, werkgevers, VWS, weer rond de tafel moeten om “samen” te komen tot professionalisering van ons mooie beroep om zo de zorg te garanderen op zowel korte als lange termijn!

4. Agenda

Onze agenda t.a.v. bovenstaande is derhalve als volgt:

  • In gesprek met de minister
  • Gesprekken met de politieke partijen
  • In gesprek met beroepsvereniging, bonden etc

Daarnaast beraden we ons over de opties die dhr Rinnooy Kan ons als actiecomité heeft voorgesteld. Ongeacht onze keuze blijven we als actiecomité in ieder geval gehoord/ betrokken worden in de besluitvorming met betrekking tot de toekomst!

Als laatste: Wij hebben jullie alsnog heel hard nodig om bovenstaande nog te bereiken. Gelijk een eerste vraag aan jullie: graag zouden wij zoveel mogelijk voorbeelden hebben, zowel positief als negatief m.b.t. ervaringen van verpleegkundigen en verzorgenden waar proeftuinen zijn geweest. Er zit namelijk een discrepantie tussen werkgevers en werknemers: daar waar de werkgever zegt dat deze proeftuin met succes is verlopen zeggen werknemers over diezelfde proeftuin dat dit een totale flop was! Graag jullie bevindingen naar mij: ckleijn@telfort.nl

Hartelijke groet, Rini en tevens het Actiecomité!

Blijf ons vooral steunen!

2019-10-11

Bespreekdocument Rinnooy Kan

Hoi allen, Ik ga het onderstaande meenemen naar Alexander Rinnooy Kan. Hoop dat jullie je hierin kunnen vinden.

+Read more...

Dus aanvullingen/ opmerkingen van harte welkom!

1. Inleiding

Bij de aanbieding van de nieuwe beroepsprofielen heeft de stuurgroep Toekomstbestendige beroepen in de V&V de minister expliciet geadviseerd de positie van de inservice opgeleide verpleegkundigen speciale aandacht te geven bij de overgangsregeling voor de zittende verpleegkundigen. (Aanbiedingsbrief (pdf) minister VWS d.d. 17 december 2015 bij de “Eindrapportage project Toekomstbestendige beroepen in de verpleging en verzorging”)

De grote onrust onder deze groep Inservice verpleegkundigen heeft zich geuit in:

  • inmiddels 30.000 ondertekeningen van de petitie
  • vele aangedragen (persoonlijke) casuïstieken (mails ministerie)
  • vele negatieve reacties op de voorgestelde overgangsregeling internetconsultatie (ministerie)
  • vele negatieve reacties op de (internet-) consultatie VenVN
  • reacties naar de petitiegroep is-verpleegkundigen waarin de bezorgdheid en emoties tot uiting komen, evenals de problemen in de vorm van degradatie in functie, lagere salaris-inschaling, uitsluiten van opleidingen voorsorterend op de implentatie van wet BIG II door de werkgevers.

In het uitgebrachte rapport van Panteia in opdracht van het ministerie van VWS, concludeert men dat de standpunten van de diverse direct betrokken partijen ten aanzien van de invulling van het overgangsrecht zo uiteenlopend zijn dat hierover consensus bereiken een utopie was. Tevens bleken er geen instanties te zijn die vervolgopleidingen zowel qua inhoud als niveau konden beoordelen. (aanbiedingsbrief Verkennend onderzoek naar het overgangsrecht van mbo- en inservice verpleegkundigen, Panteia, d.d. 14 maart 2018).

Het bovenstaande laat zien dat daarmee een impasse was ontstaan met betrekking tot de toen voorgestelde overgangsregeling!
 Wij vinden dit ook niet verwonderlijk aangezien wij van mening zijn dat voor de overgangsregeling de indeling van de zittende verpleegkundigen vanuit verkeerde uitgangspunten is geformuleerd. (Zie rapport (pdf) Toekomstbestendige beroepen V&V, contouren overgangsregeling 4.1.1. pagina 42).


De Inservice groep is vanaf de start niet onderscheiden van de mbo-groep, de inservice opgeleide verpleegkundige behoort namelijk tot de hbo-groep. Naar onze mening is vanuit deze foutieve aanname dan ook de impasse ontstaan. De petitiegroep inservice-verpleegkundigen heeft medio 2017 al bij de beroepsorganisatie VenVN aangegeven dat de belangen van deze groep niet juist/niet behartigd werden en hebben vanuit een constructieve gedachte ideeën en standpunten aangedragen.

2. Historie

De HBOV zou in eerste instantie opleiden tot leidinggevende functies in het middenkader. Al bij de start van de opleiding bleek dat in de praktijk niet haalbaar. Volgens Nelleke de Jong zijn HBOV-ers voor wat betreft hun niveau in feite vergelijkbaar met inservice-opgeleiden; de toelatingsdrempel voor beide opleidingen ligt in de praktijk ook gelijk, namelijk Havo. Weliswaar worden bij het in service onderwijs ook enkele (goede) Mavo-leerlingen toegelaten, mits ze exacte vakken in hun pakket hebben.

  • De MBOV'ers kunnen worden beschouwd als verpleegkundigen op 'basisniveau’. De MBOV is namelijk de kortste van de drie verpleegopleidingen, en de toelatingsdrempel is ook iets lager: Mavo-4. (centrum, Academisch Ziekenhuis en medische Faculteit Leiden, jaargang 14 nummer 7, 13 april 1984). Het verdwijnen van de inservice opleiding was onder meer gestaafd op het feit dat de leerling verpleegkundigen op te jonge leeftijd al met praktijksituaties geconfronteerd werden waar ze misschien niet tegen waren opgewassen.
  • Ten tweede was het onderwijs instellings-gebonden. Dit leidde onder andere tot de nieuwe vormen van onderwijs: HBOV en MBOV. Men had toen al de vrees dat met het verdwijnen van de inservice-opleiding er een tekort zou ontstaan op hoger deskundigheidsniveau! Een sterke uitbreiding van het aantal HBOV's zou nodig zijn om in de behoefte aan verpleegkundigen, hoger gekwalificeerde verpleegkrachten dus, te voorzien. (centrum, Academisch Ziekenhuis en medische Faculteit Leiden, jaargang 14 nummer 7, 13 april 1984).
  • Een aantal instellingen koppelde het onderwijs van de inservice-opleiding aan hogescholen (onder andere Leiden, Friesland 1992).
  • Met het eerste verpleegkundig Beroepsprofiel van 1988, worden de experimenteer Hbo-V (gestart vanaf 1972) en inservice opgeleide verpleegkundigen, alsmede de experimenteer Mbo-V verpleegkundigen (gestart in 1972 én gestopt in 1982) tot het 1e deskundigheidsniveau geschaard, met de titel verpleegkundige.
  • Het 2e deskundigheidsniveau wordt toebedeeld aan de inservice ziekenverzorging en de nieuwe Mdgo-Vp opleiding (vanaf 1982), zij dragen dan de titel verpleger/verpleegster. (Beroepsprofiel 1988) Voor de inrichting van de Wet BIG in 1993 geldt dit beroepsprofiel als uitgangspunt voor de opleidingseisen. Alleen de 1e deskundigheidsniveau verpleegkundigen komen in aanmerking.
  • Wie een diploma A-, B-, of Z-verpleegkundige heeft, functioneert op het eerste deskundigheidsniveau, maar alleen in het veld waarvoor zij of hij is opgeleid (TVZ/ Tijdschrift voor Verpleegkundigen - 2011 nr. 5 pagina 14).
  • De Raad BIG concludeert dat deze groep qua aard, omvang en diepgang van de kennis en vaardigheden een Hbo niveau rechtvaardigt. (zie ook Gekwalificeerd voor de toekomst, Kwalificatiestructuur en eindtermen voor Verpleging en Verzorging, beroepenstructuur, paragraaf 1.4.1. Verpleegkundigen 1e deskundigheidsniveau)
(Leren van de Toekomst V&V2020, Deel 5, bijlage 9 pagina 56) pdf.

De beoordeling van de inservice-opleidingen door Calibris/ SBB, welke enkel MBO-opleidingen op niveau inschaalt, berusten op fouten qua uren m.b.t. praktijk en theorie, maar zeker per deelgebied. Daarnaast zijn niet alle inservice-opleidingen beoordeeld als zodanig. De inservice A-opleiding is beoordeeld over het tijdvak 1986-1997, (de opleidingen vóór 1986 dus niet) de inservice B en Z opleidingen zijn beoordeeld over het tijdvak 1987-1996, de opleidingen daarna niet meer.

Het valt in die zin ruimschoots onder de hbo met beperkte bevoegdheid ofwel: hbo bevoegd binnen het werkveld waarvoor is opgeleid! Dit betekent dat de Inservice opgeleide verpleegkundige als hbo-opgeleide wordt gezien!

3. Positie inservice opgeleide verpleegkundige

Met al de bovenstaande argumenten en verwijzend naar documenten waarin de status van de inservice opgeleide verpleegkundige als hbo genoemd is kunnen wij concluderen dat de eis van hbo-niveau gerechtvaardigd is. Wij zijn dan ook van mening dat bijvoorbeeld door een Generaal Pardon voor de inservice-opgeleide verpleegkundige een direct terechte afgeleide is van de bekrachtiging van de hbo-status.

4. Tot slot

De overtuiging is, met onderbouwing van feiten, dat er een hbo-niveau geldt voor de inservice opgeleide verpleegkundige. 
Van hieruit ontstaat er een overzichtelijk functiehuis met rechten en plichten, voor zowel de intramurale als extramurale organisatie. De verpleegkundigen behouden hun verantwoordelijkheden en er ontstaat geen conflict in de uitvoering van werkzaamheden, juist verwoord in de taak-/functieomschrijving. In relatie hiermee komt ook de huidige FWG-schaalindeling in relatie tot een functiehuis niet in het gedrang. Mogelijk is/was dit een issue in de discussie en advisering omtrent de ontwikkeling van de Beroepsprofielen Verpleegkundigen 2020 van werkgeverszijde (Verkennend onderzoek naar het overgangsrecht van mbo- en inservice verpleegkundigen, Panteia, d.d. 14 maart 2018).

Het pijnpunt zit bij al die verpleegkundigen die destijds tot het 1e deskundigheidsniveau behoorden. Dat zijn dus de inservice opgeleiden. Ze zijn veelal de 'oude rotten' in het vak en velen naderen hun pensioenleeftijd. Deze verpleegkundigen moeten we in deze tijd van krapte en op te stellen noodplannen niet frustreren maar koesteren!

Wij zijn van mening dat met deze invulling het beroep van Verpleegkundige aantrekkelijk wordt en blijft, dat er hiermee de voor de inservice opgeleide verpleegkundige zo nodig gesignaleerde waardering is (zowel inhoudelijk als salarieel), en het dreigend tekort aan verpleegkundigen hiermee deels voorkomen kan worden.

(met dank aan Ger Beernink voor eerste opzet)

2019-09-19